Citaat van Bishop Mandel Creighton.
“De apostelen werden begiftigd met buitengewone krachten, noodzakelijk voor de oprichting van de kerk, maar niet noodzakelijk voor haar blijvende instandhouding. Deze krachten werden uitgeoefend om zieken te genezen en bijzondere gaven van de Heilige Geest over te brengen; soms, maar zelden, werden zij gebruikt om te straffen…. Deze bijzondere machten werden aan de kerk toegekend als een middel om haar de blijvende aanwezigheid van God te leren. Zij werden teruggetrokken wanneer zij hun doel hadden gediend, namelijk het aanwijzen van de plichten die permanent moesten worden vervuld. Op de gaven van tongentaal volgde het geordend menselijk onderwijs; de gaven van genezing werden opgevolgd door de genezing door geschoold menselijk vakmanschap op; de bovennatuurlijke bestraffing werd opgevolgd door de tucht door geordend menselijk optreden”.
Warfield, B.B.. De beëindiging van wonderen. Kindle Editie. p. 172